Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Daarna [66]schepten zij voor de [67]mannen op om te eten; en het geschiedde, als zij aten van dat moes, dat zij riepen en zeiden: Man Gods, de [68]dood is in den pot! En zij [69]konden het niet eten. 66. Hebreeuws, goten zij uit; dat is, schepten op en goten in, te weten, in de vaten waaruit zij eten zouden. 67. Namelijk, de zonen der profeten. 68. Dat is, een spijs, waaraan men den dood zou kunnen eten. Vergelijk Ex.10:17. 69. Te weten, om de grote bitterheid wil.